Verhaal 2 van het boek: Jonkvrouw en Vosje redden de wereld.
Veel luister- of leesplezier.
– Ilse Meelberghs
De wijsheid van Maanschaduw.
Jonkvrouw heeft geen flauw idee hoe ze moet beginnen aan dat redden van de aarde. Al dagenlang doet ze helemaal niks. Die avond is het volle maan. Ze kan de verleiding niet weerstaan om met Vosje te gaan baden in het maanlicht. Lopend langs de donkere knotsen van het knotwilgenlaantje klinkt zacht de stem van haar maanschaduw. Ze spreekt over het gebruik van ruimte. Dat iedereen anders kiest. Dit is wat Jonkvrouw hoort al lopend door het maanovergoten landschap.
Ruimte
D’r was eens een land.
Ver hier vandaan en in een andere tijd.
Ieder mens heeft er een slaapplek.
Als je wat wil weten, schud de grijzemassa-machine die kennis in je hoofd
De bloemetjesmagiërs toveren zieken meestal beter.
En eten pluk je. Er is genoeg.
’t is helemaal niet verkeerd wonen in dat land.
Toch is er iets goed mis.
Er is geen ruimte.
De bewoners zijn er ongelukkig van.
En een oplossing is niet in zicht.
Zelfs de paarse magiërs, blauwe heksen en roze draken lukt het niet.
Ruimte laat zich niet toveren.
Van pure miserie schrijft de koning een wedstrijd uit.
En om zeker te weten dat veel mensen meedoen is de eerste prijs
Tadaaa. Ruimte!
En zo geschiedt.
Bijna het hele koninkrijk doet mee! Alleen kluizenaar niet. Die heeft ruimte zat.
Voor alle anderen volgt een doolhof van vragenlijsten, publieksraadplegingen, voorselecties en naselecties.
Werkelijk. Wekenlang duurt dat spektakel.
Stampvoetend verlaten Karel, Fientje en Rosalie de wedstrijd.
Met een krop in de keel vertrekken Ineke, Jean en Daan.
Astrid en Hassan doen een dansje als ze door zijn naar de volgende ronde.
Tot er twee kandidaten overblijven.
En die twee…
Die krijgen allebei ruimte om te gebruiken.
En wie de ruimte het beste gebruikt
Die krijgt aan het eind allebei de ruimtes.
De eerste kandidaat is Mongro.
Hij stapt vol zelfvertrouwen zijn ruimte binnen.
Waauw eindelijk een plek waar ie zijn droom om Bloefco’s te maken kan verwezenlijken.
Bloefco is een product waarmee je de illusie van ruimte creëert.
Hij weet zeker dat dat een succes zal zijn in deze wereld.
Hij kijkt eens rond en ziet dat de ruimte niet leeg is.
Snel laat hij duwers komen.
In 1 dag duwen die alles wat geweest is opzij.
Hij laat spullen de ruimte indragen en maakt daarmee een gebouw.
Daarna zoekt hij mensen om de Bloefco’s te maken.
Ook zij worden gevoor-en naselecteerd.
Ook zij worden blij of verdrietig afhankelijk van de uitkomst: werk of geen werk.
Het product is een succes.
Vrachtwagens rijden af en aan.
Mongro denkt constant na over hoe hij de ruimte nog beter kan gebruiken
Hij meet en kijkt, meet en kijkt.
Bijvoorbeeld. Hoeveel tijd is er nodig om die Bloefco te maken, waar wordt tijd verloren en wie zijn de tijdverliezers.
Hij maakt overal grafiekjes van en houdt alles scherp in de gaten.
Per Bloefco zijn er steeds minder spullen nodig en is er minder afval tijdens het maken.
Hij kan steeds meer en sneller Bloefco’s maken.
Iets anders gaat ook heel goed.
Verdienen.
De stapel goud in het gebouw wordt groter en groter.
Hij is er klaar voor, de koning kan komen.
Tot die tijd werkt ie door.
De tweede kandidaat was Kwegee.
Vol verwachting stapt ze de ruimte binnen.
En vol verwondering kijkt ze naar wat er al was.
Ze zitluisterend een tijdje op een steen bij de kabbelbeek, hand in het ijskoude water.
Ze legt haar armen om de stam van een vriendelijke drakenboom.
Ze verrekt haar nek bijna om merel en buizerd te zien vliegen.
Ze lag in het kriebelgras en rook seringen en meiklokjes.
De capriolen van de eekhoorns in de hazelaar maakt dat ze hardop lacht.
Deze ruimte wordt al heel goed gebruikt is haar conclusie.
Niks meer aan doen, gewoon van genieten dat ik hier zoooo lang mag zijn.
En de koning. Die geef ik daarvoor een cadeau. Ik maak een Angee voor hem.
De Angee is een product waarbij je de aandacht die de ander heeft voor wie jij bent kunt voelen.
Als ze dat plan vertelt aan de bewoners van de ruimte helpen die allemaal mee.
Eekhoorn vind nootjes.
Hazelaar levert takken.
Bijen bestuiven voor meer vruchten en zaden.
Merel haalt lijsterbessen.
Buizerd geeft veren.
En slak beslijmt het geheel.
Klaar! Prachtig! Ze zetten hem in het koningskastje.
De hele ploeg staat er tevreden omheen als ineens een voorbijgaand mens de ruimte binnenkomst..
Die wordt als door bliksem getroffen door de Angee. Hij zakt ernaast op de grond. Eén keer een beetje bekomen vertelt ie zijn verhaal. Alle bewoners kunnen voelen wat het voor mens zou betekenen als Angee met hem mee mag.
Eekhoorn wrijft met zijn staart tegen het been van Kwegee..
Kwegee begrijpt het en zegt neem hem maar mee.
We maken wel een nieuwe.
Voor de zekerheid kijkt ze de kring van de bewoners rond. Die knikken allemaal heftig. De bijen zoemen voor de zekerheid extra hard.
De mens is dolblij. Hij staat erop om iets terug te doen.
Samen verzinnen ze wat hij kan bijdragen om de ruimte mooier te maken.
Eens gedaan wat ie kon doen gaat hij weer verder. Dat doen voorbijgaande mensen nou eenmaal.
Liefdevol en voorzichtig draagt hij de Angee de ruimte uit.
De bewoners maken een nieuwe en daar gebeurt precies hetzelfde mee.
Het eind van het liedje is dat heel veel mensen voorbijgekomen.
Dat de ruimte steeds kleurrijker en spannender wordt
Maar dat het kastje van de Angee nog steeds leeg is.
Nou ja, dat is dan maar zo denkt Kwegee.
Intussen is er iemand met koppijn.
De koning.
Hij meende echt dat ie een makkelijk wedstrijdje uitgeschreven had.
Kandidaten die ongeveer hetzelfde zouden doen en waarvan hij dan gewoon diegene met de beste resultaten zou kiezen.
Maar van wat ie zo hoorde van mensen die er geweest waren begrijpt ie dat ze allebei echt een eigen koers aan het varen zijn.
En hoe gaat hij dan nou bepalen wat de beste koers is, het beste gebruik van de ruimte.
Werkelijk, knallende koppijn heeft ie ervan.
Dan breekt het moment aan dat de koning gaat kijken bij beide kandidaten.
Statig schrijdt hij de ruimte van Mongro binnen.
Magnifiek.
Het gebouw dat net niet de hele ruimte vult.
Die vrachtwagens die af en aan en af en aan rijden.
Mongro komt hem tegemoet over de rode loper en samen lopen ze het gebouw binnen.
Het eerste wat daar natuurlijk opvalt is die glinsterende goudberg in de hoek.
Maar verderkijkend raakt de koning ook wel onder de indruk van de precisie, controle en duidelijkheid die spreekt uit het hele proces.
Hij houdt er wel van als het zo lekker ordelijk is.
Alles, tot de kleinste schroevendraaier, heeft zijn eigen plekje.
Na uitvoerige laatste bewonderende blikken op die rommelige berg met goud vertrekt de koning tevreden naar kandidaat 2.
Het eerste wat hem opvalt bij het betreden van deze ruimte is het geluid van het water.
Hij volgt het stromen en vindt Kwegee op een steen naast het water. Met een klopje op de steen ernaast nodigt ze hem uit om lekker te gaan zitten.
Ze vertelt over haar bevindingen van goed gebruik, de Angee’s, hoe die steeds weer voor iemand anders nodig waren.
Ze schildert met woorden voor hem hoe eekhoorn de noten had gehaald.
Ze herhaalt het gesprek tussen voorbijgaand mens en eekhoorn over de vruchtbaarste plek om hazelnoten te begraven. En de nieuwe noot die mens uit zijn zak had gehaald. Eekhoorn had die verrukt doen verdwijnen in de grond.
Ze tekent de lange route die merel had gevlogen om lijsterbes te halen. Doet voor hoe ze die geplant hadden. En mens die maanden later van de bloesems voor iedereen verfrissende limonade had gemaakt.
Oh ja, wilt u ook majesteit. Ze schenkt een glas voor hem in.
Ze schetst hoe kastanjeboom en hazelaar moedig takken hadden afgestaan. En mens die alles, echt alles, had gebruikt opdat de moed niet zinloos was geweest.
Ze vroeg slak om koning te laten zien hoe je beslijmt.
Ze praat een hele tijd.
Pas als ze iedereen genoemd heeft wordt ze stil.
En laat de koning de ruimte zelf ervaren.
Na een tijdje vertrekt de koning weer.
De koppijn is weg maar zijn probleem nog niet.
Hoe moet ie nou bepalen wat het beste is.
De koning is weer onderweg naar huis.
Piekerend rijden gaat niet zo goed.
Hij stopt en gaat onder tegen de ruwe bast van een eik zitten.
Hardop begint ie tegen zichzelf te praten.
Tsja volgens mij is het wel duidelijk.
Die Mongro heeft gewonnen.
Had je die berg goud gezien die daar lag.
Dat moet wel het beste gebruik van de ruimte zijn.
Waarom twijfel je dan nog?
Klinkt er een stem van boven.
Omhoogkijken ziet ie twee felgele ogen hem onderzoekend aankijken.
De koning geeft antwoord en de uil luistert.
Hebben we dan nog geen goud genoeg?
vroeg de uil en luistert weer naar het antwoord
En hoe zit het dan met ruimte?
Waar had jij het gevoel van de meeste ruimte?
Weer luistert hij rustig naar het antwoord.
Na dit gesprek weet de koning genoeg.
Hij draait zich om en gaat terug naar Mongro en Kwegee.
Als hij iedereen bij elkaar heeft spreekt hij:
Ik heb besloten diegene te laten winnen die met zijn ruimte ruimte maakt voor anderen.
Maar en ik denk dat Kwegee dat niet erg zal vinden.
Ik wil Mongro zijn ruimte niet afpakken.
Ik wil hem de kans geven om ook te leren hoe hij in plaats van een illusie van ruimte te verkopen,
echte ruimte kan maken.
Handgeklap, ruisende eekhoornstaarten, zoemende bijen.
Men was zeer tevreden met het besluit van de koning.
En zoals in ieder goed verhaal eindigt ook dit met een groot feest.
Iedereen bracht wat mee.
Een grote pot Luck.