Eten

Eten dat voedt

Verhaal 3 van het boek: Jonkvrouw en Vosje redden de wereld.

Veel luister- of leesplezier.

– Ilse Meelberghs

Eten dat voedt.

Jonkvrouw begrijpt, dankzij het verhaal van Maanschaduw, dat het gaat om haar gebruik van de ruimte. Zij bepaalt hoe ze de ruimte in zichzelf en om haar heen inricht. Zij bepaalt daarmee ook hoeveel ruimte andere wezens krijgen. D’r is echt een hoop inrichtingswerk te doen. Hoe gaat ze eten, wonen, werken, ontspannen, ergens komen, spullen kiezen en weer wegdoen.  

Oké Beginnen met het eetverhaal dan maar. Hoe gaat ze zich voeden? 

Nouuuuuuuuh. Meer plukken en oogsten: recht van de plant in de mond. En ze gaat dieren uit haar voedselketen schrappen. Helemaal gaat dat gelukkig niet. Er leven bergen dieren op haar voedselgroeiplek. Vliegend spul bestuift de planten. Allerlei scharrelaars, gravers en grazers verzorgen de voedselgrond.  

Waarom het dier schrappen? 

Het is een puutsimpele manier om ervoor te zorgen dat meer mensen van dezelfde meters grond en dezelfde liters water kunnen eten. 

En ze wil niet meer dat andere mensen luikjes in hun hart moeten dichtmaken om voor haar rotklussen te kunnen doen. Rotklussen zoals het aan de lopende band doden van dieren, kleintjes bij hun moeder weghalen of heel veel dieren lijf aan lijf opsluiten.  

En waarom dat plukken, liefst uit haar eigen bloementuin 

Ze wil het eten in de ogen kijken, voelen hoe het groeitZe wil op blote voeten frambozen plukken met de ochtenddauw er nog op. Verrast zijn door de iedere keer anders aardbeismaak terwijl ze observeert wanneer egel en slak eten. Die ervaren plukkers zijn pas echte fijnproevers. Ze wil ook dankjewel zeggen tegen de paardebloemplant en de symmetrie van die felgele bloem bewonderen op haar bord. Plukken gaat om voeden met wat zich thuisvoelt in haar omgeving, makkelijk en overvloedig groeit. Zo overvloedig dat ze zonder schuldgevoel kan nemen wat ze nodig heeft. 

Zichzelf voeden met de luikjes van haar hart wijd open.  

En in die bodem van wilskracht kiemt daadkracht. Ze begint met het herinrichten van de voedselruimte.  

Iedere plant in de bloementuin is nu een biologieles. Kan ik dit eten? Gelukkig zijn er kruidenkundigen die helpen en zeggen wat ze in haar mond kan stoppen. Ze snoept van de frambozen, aardbeien, blauwe bessen, paardebloemen, biggenkruid, lavendel en brandnetels. Ze drinkt gulzig geurig vlierbloesemsap. Ze proeft heel voorzichtig knopig helmkruidthee. Ze eet mee met de krulsla van de tuinierende buurvrouw. Ze is blij met de overvloed van courgette, tomaten en spinazie uit haar moeders tuin. Kan ze heel veel manieren van klaarmaken uitproberen.  

Recepten voor anders eten krijgt ze van andere jonkvrouwen- en heren. Die koken ook makkelijk en met weinig ingrediënten. En ze zijn niet zo gehecht aan heter moet dier in het eten verhaal.

Af en toe is er ergens al een planteetfestijn. Grote tafels en kleine tafels mooi gedekt, geurig eten dat ogen en tong streelt, fijne bediening, het geroezemoes van kletsende mensen, af en toe een lachsalvo, het zachte geting van drankglazen. Het voelt precies hetzelfde als een vleeseetfestijn. 

Tradities zijn het moeilijkst. Bij een bepaalde gebeurtenis, klein of groot, hoort blijkbaar een bepaalde smaak. De dieprode smaak van lasagne als het hele gezin bij elkaar is. De frisse kwarktaart uit een pakje bij iedere verjaardag. Zelfgemaakt sinds ze heel klein waren. De broodjes met eierprut en veel kaas op zondagochtend. Het voelt alsof ze met het veranderen van de ingrediënten dierbare geschiedenis weggooit. Ze laat de alternatieven rustig groeien, geeft het tijd. 

En dan, op een avond, proeft Jonkvrouw vruchten van haar daadkracht. Met zn vijven, een bij elkaar gevonden eetclubje, zitten ze aan de keukentafel te keuvelen. Ze eten zeewier, lavendel, hibiscus, stokroos, zonnepitten, teunisbloem, rode bessen en paddestoelen. Niemand mist iets. Er wordt met liefde gepraat over de ingrediënten en hun leven. 

Dit voelt zoals het gaat zijn. 

En vosje … die ligt rustig ernaast te kijken. Zijn manier om aan te geven dat het goed is. 

De rest van de verhalen lezen of luisteren?