Hij verzucht: Ik wil graag ’s morgens opstaan en kijken/voelen waar ik die dag een bijdrage wil leveren.
Hier spreekt een krachtige wens naar minder moeten en meer spelen.
Het is druk op school en werk, veel verplichte nummers.
Weinig ruimte voor “buiten spelen”.
Wat is dan de eerstvolgende stap?
Schoppen tegen die verplichte nummers is een bekende weg.
Heerlijk vertrouwd… zeuren, halfslachtig nee zeggen, heftige discussies.
Anders naar die moetjes kijken is een tip vanuit spiritueel perspectief.
Hoe dan?!?
Mijn favoriete eerstvolgende stap:
Eerst -grondig JA leren zeggen tegen activiteiten.
Dat kan het makkelijkst tijdens het “buiten spelen”
Waarom buiten spelen als metafoor?
Dat merk je zo wel.
(Her)ken je dit?
Je vriendin stapt binnen.
Vraagt of je buiten komt spelen.
Je hart maakt een huppeltje.
Jaaaaaa.
Je pakt de nodige spullen en vertrekt samen.
Op naar het avontuur
Benieuwd naar wie je tegenkomt.
Met een lach en een traan.
Met schatten die gevonden worden.
Met dingen die je achterlaat.
Hoe vaak per dag is er een buitenspeel-uitnodiging?
Er staat misschien niet ieder uur een vriend aan de deur. Je krijgt wel dagelijks tal van verzoeken waar je JA-zeggen mee kan oefenen.
Social media stikt ervan. Tweets/ posts om op te reageren. Bergen evenementen om heen te gaan. De ene keer kost het al wat meer tijd/geld dan de andere.
Mensen in je omgeving nodigen uit tot samen praten en doen.
Natuur heeft zijn eigen trucjes. Zon schijnt, viooltjes geuren, magnolia bloeit, rivier tijdelijk buiten zijn oevers.
Op welke uitnodigingen zeg je ja?
Die met een huppel en een haak.
Aan het huppeltje van je hart herken je activiteiten die bij je passen.
Aan het haakje “nu, voor mij”.
Voorbeelden?
De huppels en haken in twee buitenspeel-uitnodigingen vorige week:
Uitnodiging nr 1 in tankstation. Er hangt een affiche.
Een huppeltje bij de belofte aan verbinding met de nieuwe Nederlanders in mijn dorp.
In het gesprek dat ontstaat het verzoek “Kom alsjeblieft, het zijn zo’n fijne mensen”.
Zichtbare betrokkenheid haakt.
Uitnodiging nr 2 FB: vieren van Ostara.
Huppeltje bij de gedachte aan het samen vieren van een natuurfeest.
“Of we nu met twee of drie man zijn, of met tien personen, ik ga sowieso dit punt voor mezelf markeren”.
Authenticiteit en vrijheid haken.
Nu nog -grondig JA zeggen
Met een huppel & haak is er een ja.
Voor de lach en de traan, het vinden van schatten en het achterlaten van dingen is HARTGRONDIG JA-zeggen nodig.
Bij het -grondig toezeggen, zeg je JA tegen wat de activiteit met je gaat doen. Je bent open voor wat er wil gebeuren. Voelt wat fijn is, blijft bij de vragen die het oproept.
In bovenstaande bijeenkomsten was er verdriet waar ik bij bleef. Dankbaarheid voor de bijdragen van anderen aan verbinding in het dorp. Zou het echt kunnen dat een missie mij kiest? Als ik zelf uit het ei moet komen, wat is dan de rol van de ander?
Een -grondig JA betekent ook goed zorgen voor jezelf. Aandacht voor signalen “dat je niet kan doen/zijn zoals je graag wil”. Bij een oranje vlag ter plekke uitzoeken of er iets te regelen valt.
Bijvoorbeeld om een pauze vragen als mijn aandacht begint te verslappen.
Of niet gaan zitten omdat ik gekomen ben om te bewegen tussen allerlei culturen.
Wat is er nou echt geoefend tijdens dat spelen en waarom?
Er is klein, in een veilige setting, geëxperimenteerd met:
JA-zeggen tegen passende uitdagingen (uitnodigingen)
JA-zeggen tegen je passie (=huppel)
JA-zeggen tegen je drijfveren (=haak)
JA-zeggen tegen de verbinding (open)
JA-zeggen tegen gezonde grenzen (zelfzorg)
Als je dit JA-zeggen goed kan, is NEE zeggen/stoppen makkelijker.
Omdat NEE dan is om JA te kunnen zeggen tegen het bovenstaande.
Lees rustig opnieuw #woordspelletje.
Uiteindelijk sneuvelen dan een aantal van die verplichte nummers of….
je leert anders naar die moetjes kijken *grijns*.
– Ilse Meelberghs – Moment stoppen
Volgend moment stoppen 10 april 2019